Muisstil op straat
Onlangs mocht ik de uitvaart verzorgen van Lonie; ze was 53 jaar. In februari had zij de diagnose kanker gekregen, waarna zij met vallen en opstaan en vele kuren redelijk op de been bleef. Vaak was het zo dat juist zij familie en vrienden moest opbeuren, omdat die het moeilijk vonden om met haar ziekte om te gaan. Begin augustus trad een verslechtering in, maar zij bleef optimist. Onderzoek leerde dat zij uitzaaiingen in de hersenen had, waar niets meer tegen te doen was. Eind augustus verloor Lonie de strijd tegen alle optimisme in. Haar partner René, realist, raakte mij in zijn eerlijkheid en openheid, toen ik met hem de uitvaart ging bespreken. Hij vertelde dat zij samen over het onvermijdelijke levenseinde hadden gesproken en hij wist dan ook precies wat zijn vriendin wilde. Een thuisopbaring, waarbij alleen familie en naaste vrienden afscheid mochten komen nemen. Dat gebeurde dan ook geheel in de stijl die bij haar paste. Een zoete inval met een kop koffie of een biertje. Het mocht niet te zwaarmoedig worden. Dat wilde ze niet. Vooral de mooie dingen die de nabestaanden met haar hadden gedeeld moesten centraal staan. Maar natuurlijk waren er ook tranen… Voor zover ik deelgenoot ben geweest, zag ik ook hier de eerlijkheid van de emoties. En elke dag kwamen er weer mensen en meer bloemen. Er moest een afscheidsplechtigheid komen, maar Lonie wilde niet dat haar stoffelijk overschot daar ‘tentoongesteld’ zou worden. Zodoende spraken we af dat er in de inmiddels afgehuurde locatie een monument voor haar zou worden ingericht. Condoleances Bijzonder element was dat er geen condoleanceboeken gewenst waren. Dat vond men niet meer van deze tijd en een tijdrovende bezigheid. Want hoeveel boeken zou je wel niet moeten neerleggen bij een verwacht aantal van 500 à 600 bezoekers. Besloten werd daarom, om binnen de familie een paar mensen aan te wijzen, die van elke bezoeker een foto zouden maken. Een enkeling vond dat niet prettig, maar de meeste bezoekers gingen zonder enig voorbehoud op de foto en konden het idee wel waarderen. Op die manier zal op termijn een visueel condoleanceboek ontstaan. Vanuit huis had de familie alle bloemstukken meegenomen naar de afscheidslocatie en er kwamen nog meer bij tijdens de afscheidsbijeenkomst. Een ware bloemenzee van tientallen bloemstukken. Het werd een mooi en indrukwekkend afscheid, precies in de geest van Lonie, zo beaamde René. Applaus De dag erna was het definitieve afscheid in het crematorium met familie en naaste vrienden. Ondanks de positieve sfeer, een zware gang. Omdat ik zelf met eigen auto reed, stelde ik René voor om mee te rijden in de rouwauto. Dat idee werd omarmd en zo reden we vanaf huis via het oude woonhuis en de school waar Lonie voor de klas stond. Beide locaties lagen 200 meter van elkaar verwijderd aan dezelfde straat. Vanaf het woonhuis waar we even zijn blijven staan, ben ik gaan voorlopen, waarbij vele buurtbewoners langs de straat stonden. Aangekomen bij de school stonden alle kinderen buiten en al lopend tussen de aan weerskanten opgestelde kinderen, klonk achter mij opeens applaus. Ondanks dat de tijd drong, besloot ik in een flits van een seconde dat we hier even de tijd voor moesten nemen. Terwijl ik me omdraaide met het gezicht naar de rouwauto, bleven de kinderen, hun begeleiders en buurtbewoners klappen. Indrukwekkend… Aan de klappende menigte vroeg ik of ze om de rouwauto kwamen staan om samen even stil te zijn en aan hun juffrouw te denken. Het werd even muisstil op straat… en het leek wel of niemand bewoog. Na zo’n 30 seconden, wat voor de kinderen misschien wel een eeuwigheid geleken heeft, vroeg ik ze om op mijn derde tel te roepen: ‘Dag lieve juffrouw Lonie’. Kippenvel… en eerlijk gezegd kreeg ik zelf vochtige ogen. En kijkend naar de rouwauto en de mensen eromheen, zag ik dat ik niet de enige was. Met de ene hand zijn ogen drogend, zag ik hem met de andere hand zijn duim omhoog steken. Dat zijn de momenten waarop je je realiseert: daar doe ik het voor. Nabestaanden bijstaan en waar mogelijk een gevoel geven dat bijdraagt aan de verwerking van hun verlies. Dit waardevolle intermezzo zorgde ervoor dat we nipt op tijd bij het crematorium aankwamen, waar we opnieuw een indrukwekkend afscheid mochten beleven. Diep respect had ik voor René, die onvoorbereid het woord nam en wederom zo eerlijk zijn gevoelens liet zien. Dat raakte ook mij. En dat gebeurt wel vaker, want elk afscheid heeft ontegenzeggelijk zijn eigen waarde. Maar dit was voor mij wel extra bijzonder… Jos Zeelen(Blog is geplaatst met toestemming van nabestaande)